Het is herfst. Op het strand liggen de schildjes van dode sepia’s. De Oosterschelde is nu kraamkamer én kerkhof. De vrouwtjes hebben hun taak gedaan. Ze hebben voor nageslacht gezorgd en sterven in de weken erna. De mannetjes keren soms nog na een winter terug, maar dan zit ook hun leven erop. Ouder dan twee à drie jaar worden ze niet.
Onder water is de kraamkamer nog in vol bedrijf. Overal zijn kleine sepia’s te ontdekken tussen de rotsen en het wier. En tot eind november zien we nog eitjes aan de rekjes. Die zijn wel kleiner dan normaal. En de kans dat ze nog uitkomen is gering, want de watertemperatuur is nog maar 10°C en daalt nu snel tot circa 4°C in de winter.
Dit zorgt voor mooie overzichten en heldere kleuren. De baarzen die er al die tijd al waren, zien we nu om ons heen zwemmen. Vooral bij de eerste pijler van de Zeelandbrug zien we veel zwemmende vissen. Van de majestueuze grote baarzen tot de piepkleine ruthensparrgrondels.
We doen nog meer vondsten. Een zeedonderpad “grijpt mis” als hij een visje probeert te vangen. We zien dit pas in slow motion achter de computer. En speurend in het ondiep, op circa 3 meter, komen we een gehoornd slijmvisje tegen. Ik vind het elke keer weer een bijzondere ontmoeting. Het is een mooi maar schuw visje. Dit exemplaar poseert zowaar even voor mijn camera voordat het weer een holletje inschiet.
Ook in de Grevelingen verandert de natuur. Ook hier sterven algen en wieren af, wat de zichtbaarheid verbetert. Op twintig meter diepte heb je nog wel steeds een lamp nodig om iets te zien. Want het water wordt wellicht helderder, maar de zon staat ook lager. Het is op diepte gewoon donker. Dat illustreren de beelden van mijn buddy met camera en videolampen mooi. Alles binnen de lampen is helder verlicht, buiten de lichtbundel is het donker. Terwijl hij een anjelier filmt, ontdek ik een pitvis. Vooral de ogen zijn opvallend met hun iriserend groene kleur.
Een botervisje slingert zijn weg tussen de rotsen. En overal zien we zeenaalden, zowel in de Oosterschelde als in de Grevelingen, diep en ondiep. Als het water maar zout is.
We gaan nog even kijken bij het plantenkasje van Dreischor. Ook dit is al minder begroeid dan in de zomer. De winter komt eraan!